Het betreft hier het regulier onderhoud aan de gemeentelijke gebouwen.  
De financiële middelen die hier jaarlijks voor nodig zijn, worden betaald uit de bestemmingsreserve Onderhoud gebouwen.

Voor enkele categorieën gebouwen gelden naast het onderhoudsbeleid enkele aanvullende / afwijkende regels.

Sportaccommodaties

In de gemeente bestaat tussen de sportaccommodaties verschil in exploitatie en beheer. Naast de accommodaties die de gemeente exploiteert zijn er de (deels) verzelfstandigde accommodaties. Laatstgenoemde categorie ontvangt van de gemeente een bijdrage in de exploitatiekosten. De bijdragen worden jaarlijks geïndexeerd op basis van een vooraf afgesproken set van indexcijfers. Voor 2020 bedraagt de index 5,1%.

Dorpshuizen

Op 27 mei 2004 heeft de raad de koersnotitie Dorpshuizen Midden-Drenthe vastgesteld. De koersnotitie bevat onder meer de volgende afspraken:

• Klein en preventief onderhoud komt voor rekening van het bestuur van het dorpshuis
• Groot onderhoud wordt uitgevoerd en georganiseerd door de besturen van de dorpshuizen. De kosten komen voor rekening van de gemeente.
  Bij gecombineerde dorpshuizen, dus bijvoorbeeld in combinatie met een school, vindt een verrekening plaats. De financiële dekking vindt plaats via de reserve Onderhoud gebouwen.
• De gemeente levert een bijdrage van maximaal 50%, tot een maximum van € 100.000,00 in de verbouwkosten voor functionele aanpassingen (50%-regeling). De financiële dekking moet dan plaatsvinden vanuit de bestedingsruimte.

Aula’s

De gemeente is eigenaar van de aula's in Westerbork en Smilde. Het beheer en het klein onderhoud van deze aula’s is in handen van de betreffende aulaverenigingen. Het eigendom, het beheer en het onderhoud van de aula in Beilen is en blijft in handen van de stichting.
Voor het groot onderhoud van de aula’s geldt de regeling zoals die voor de dorpshuizen geldt (koersnotitie Dorpshuizen Midden-Drenthe). De vereniging / stichting zorgt er in overleg met de gemeente voor dat het groot onderhoud wordt georganiseerd en uitgevoerd. De kosten zijn voor rekening van de gemeente. Financiële dekking van het groot onderhoud vindt plaats via de reserve Onderhoud gebouwen.

Planning 2020

Het onderhoud aan gebouwen vindt plaats op basis van de betreffende geactualiseerde jaarschijf uit het meerjarenonderhoudsprogramma (O-prognose).
Jaarlijks wordt een bedrag aan de reserve Onderhoud gebouwen toegevoegd (2020: € 529.185). Dit bedrag is een jaargemiddelde gebaseerd op het meerjarenonderhoudsprogramma en bedoeld om fluctuaties in de exploitatie te voorkomen. De werkelijke lasten in een jaar worden onttrokken aan deze reserve (2020: € 650.765).
Per saldo leidt dit in 2020 tot een onttrekking aan de reserve van € 121.580.

Het geraamde bedrag van € 650.765 voor onderhoud wordt over de volgende groepsindeling verdeeld: